Terug naar het overzicht

woensdag 16 september, 2020

Reactie op rapport Universiteit Utrecht langlopende letselschaden

Vorige week is het langverwachte rapport van Universiteit Utrecht inzake langlopende letselschaden verschenen. De eerste reacties van het Verbond van Verzekeraars, de Letselschade Raad en Slachtofferhulp Nederland volgden vlot.
Directeur Gert-Jan Mijnen komt namens Nostimos Letselschadedeskundigen met een eerste reactie naar aanleiding van dit rapport:

“Ik heb het rapport, dat een lijvige en accurate beschrijving is van de praktijk, gelezen. Helder is dat er niet één oorzaak of één partij is aan te wijzen die als ‘veroorzaker’ van de ervaren problemen kan worden gekenmerkt. Het gevaar is dan ook dat iedere partij het voor haar of hem interessante ‘snoepje’ uit het rapport haalt en daar de schijnwerper op te zetten. Met het gevaar hier ook van beschuldigd te worden, wil ik toch enkele opmerkingen maken. Deze opmerkingen raken ook de reacties van het Verbond en de Letselschade Raad.

Rechtvaardige hulp voor slachtoffer
Het lijkt erop dat, naast een totale stelselwijziging, verregaande normering (in ieder geval door verzekeraars) als panacee wordt gezien. Ik ben het daar niet direct mee eens. Een van de uitkomsten van het onderzoek is dat slachtoffers op zoek zijn naar financiële zekerheid en vergoeding van de schade. Weliswaar is de lange duur voordat vergoeding volgt en de daarbij behorende stel- en bewijslast bezwaarlijk, het laat onverlet dat financiële zekerheid (concrete vergoeding van de geleden schade) een belangrijk anker is. Vanzelfsprekend is vanuit verzekeraars normering wenselijk. De discussie (bijvoorbeeld over niet objectiveerbare klachten) wordt bekort en de uitkomst is helder en voorspelbaar voor het slachtoffer. Maar krijgt het slachtoffer ook waar hij/ zij recht op heeft? Een leek zal allicht tevreden zijn als hij snel een som geld krijgt, zonder discussie. Maar als achteraf blijkt dat hij/zij veel tekort komt, blijft die tevredenheid dan overeind? Al snel wordt verwezen naar omliggende landen met ‘barema’ stelsels. Hoe is het daar gesteld met de ‘klanttevredenheid’ en met het gevoel van procedurele rechtvaardigheid? Een (vervolg) onderzoek waard zou ik zeggen.
Overigens kan normering voor het slachtoffer ook uitkomst bieden, denk aan de discussies over de rekenrente.

Informatievoorziening
Een belangrijk punt is de informatie voorziening aan het slachtoffer. Een van de moeilijkste opgaven in een letselschadetraject is de juiste informatie op het juiste moment onder de aandacht brengen. Een gezamenlijk dossier ligt voor de hand en wordt als oplossing voorgesteld door de Letselschade Raad en Slachtofferhulp Nederland. In het verleden is hier, ook door het Verbond, veel over nagedacht en over gesproken. Zo’n gezamenlijk dossier wordt al snel een onbeheersbaar ICT-project (waarbij de beperkte digitale vaardigheden van onze branche het niet makkelijker maakt). Er kan misschien beter worden nagedacht over decentrale distributie van informatie. De branche zou hier te raden kunnen gaan bij de manier waarop de gezondheidszorg werkt met vormen van decentrale elektronische patiënten dossiers.

Kwaliteit
Wettelijke verankering van afspraken zoals die in de GBL (Gedragscode Behandeling Letselschade) zijn vastgelegd lijkt inmiddels op zijn plaats. De steun hiervoor is nu ook in de politiek aanwezig (zie ook de onlangs gestelde Tweede Kamervragen). Het veel en terecht gemaakte verwijt dat de GBL een tandeloze tijger is, kan hiermee eindelijk uit de weg worden geruimd. Belangrijk daarbij is dat spelers in de branche aanspreekbaar worden op kwaliteitseisen. Een lang gekoesterde wens om af te komen van de ‘cowboys’ in de branche wordt daarmee werkelijkheid. Het keurmerk letselschade wordt daarmee pas écht van waarde.

Een andere oplossing die breed wordt geopperd, is het instellen van een commissie die een uitspraak kan doen inzake langlopende letselschade. Ik denk dan zo’n commissie zeker voorziet in een behoefte. Het eerder gesloten klachtenloket van de Letselschade Raad voorzag hier voor een deel in. Een loket waar het slachtoffer zich kan melden voor een uitspraak, maar ook waar andere conflict oplossingsmethoden worden aangeboden (denk aan mediation of bindend advies) is dan een waardevolle aanvulling op de bestaande wegen.

Wat mij betreft is de belangrijkste conclusie uit het rapport dat wij allen werkzaam in de branche ons (nog) meer moeten inspannen om structurele verbeteringen door te voeren. Nostimos zal zich daarvoor blijven inzetten.”

Zullen we u terugbellen?

Laat hier uw gegevens achter en ik bel u zo snel mogelijk terug

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.