In mijn blog van 1 maart 2023 schreef ik over de aansprakelijkheid van de wegbeheerder. De wegbeheerders (Rijkswaterstaat, provincies, gemeenten en waterschappen) dragen zorg voor het onderhoud van onze openbare wegen. Zodra er schade als gevolg van een Nederlandse weg ontstaat, kan de vraag worden gesteld of dat de wegbeheerder aansprakelijk kan worden gehouden voor die ontstane schade. Ik ging in op zo een vraag die aan de rechtbank Rotterdam is voorgelegd. De vraag luidde meer specifiek of dat de gemeente aansprakelijk kan worden gehouden voor de schade die een man op 8 april 2017 heeft geleden als gevolg van een val met zijn scooter door een hoogteverschil tussen het wegdek en een inspectieput. Is er – met andere woorden – sprake van een gebrekkige weg?
Het is mogelijk dat de wegbeheerder alsnog aansprakelijk kan worden gehouden voor geleden schade in het geval dat de wegbeheerder niet kan worden verweten dat er sprake is van een gebrek van de weg(uitrusting) zelf. Ik doel dan op een andere juridische grondslag, namelijk: de zogenaamde onrechtmatige daad (ik schreef al vaker over de onrechtmatige daad. Zie bijvoorbeeld mijn blog van 1 mei 2024). In dit blog sta ik stil bij een onlangs gewezen uitspraak door de rechtbank Midden-Nederland over de aansprakelijkheid van de wegbeheerder op grond van de onrechtmatige daad.
Beknopte feitenweergave
Een vrouw parkeerde haar auto op een parkeerterrein. Bij het verlaten van het parkeerterrein reed zij met haar auto tegen een kei aan. De vrouw stelde de wegbeheerder aansprakelijk voor de schade aan haar auto vanwege de manier waarop de kei op het parkeerterrein is neergelegd. Is de wegbeheerder aansprakelijk te houden voor de geleden schade?
Oordeel rechtbank
De rechtbank Midden-Nederland onderzoekt allereerst of dat er de wegbeheerder kan worden verweten dat er sprake is van een gebrek die samenhangt met de verkeersfunctie van de weg en zij concludeert al snel dat dit niet het geval is. De kei is namelijk geen onderdeel van de weg(uitrusting).
Dan volgt de vraag of dat er sprake is van een onrechtmatige daad. De rechtbank beantwoordt deze vraag wél bevestigend. De rechtbank overweegt in dit verband dat kan worden verwacht dat automobilisten de kei over het hoofd zien en dat de wegbeheerder op de hoogte was van het feit dat de kei er lag. De wegbeheerder heeft namelijk aangegeven de kei daar bewust te hebben neergelegd. Ook haalt de rechtbank aan dat de kei eigenlijk geen functie heeft en dat de kei heel dicht langs de weg is neergelegd. Een deel van de kei steekt, blijkens de foto’s, zelfs over de weg uit. Verder is de kei niet gemarkeerd, is er niet zorggedragen voor verlichting bij de kei en verdwijnt de kei – vanuit het parkeerterrein gezien – achter begroeiing. De wegbeheerder heeft tot slot toegegeven dat hij meer had kunnen doen om de zichtbaarheid van de kei te vergroten.
Tot slot
De rechtbank verwijt de wegbeheerder dat hij geen voorzorgsmaatregelen heeft genomen, zoals het verder van de weg af leggen van de kei of de zichtbaarheid van de kei vergroten. De wegbeheerder heeft de verkeersveiligheid onvoldoende gewaarborgd en hij is dan ook aansprakelijk voor de door de vrouw geleden schade.
De vrouw heeft als gevolg van dit ongeval gelukkig geen letselschade opgelopen. Heeft u wel letselschade opgelopen door een voorwerp op de weg of door een andersoortig ongeval en wenst u hulp bij het verhalen van uw materiële en immateriële schade? Neemt u dan gerust geheel vrijblijvend contact met ons op via 0800 667 84 66 of via info@nm-letselschade.nl. Met de juiste kennis en ervaring helpen wij u graag verder.
Dit blog is geschreven door mr. E.W. (Elise) van Kempen, NIVRE-re, werkzaam bij NostimosMooyman.